Het kindgebonden budget inclusief de alleenstaande ouderkop moet bij berekening van de kinderalimentatie niet langer in mindering worden gebracht op de kosten van het levensonderhoud van de kinderen (de behoefte). Dit heeft advocaat-generaal Fred Hammerstein op 10 september jongstleden geadviseerd aan de Hoge Raad. Volgens Hammerstein moet het bedrag worden opgeteld bij het inkomen van de ouder die het budget ontvangt en op die manier meewegen bij diens draagkracht. Een advies van de advocaat-generaal wordt meestal opgevolgd door de Hoge Raad.

Het advies, dat afwijkt van de aanbeveling van de Expertgroep alimentatienormen, kan tot gevolg hebben dat er veel minder of, in sommige gevallen, geen alimentatie meer hoeft te worden betaald. Volgens Hammerstein doet het laten meewegen van het kindgebonden budget bij de draagkracht van de ontvangende ouder het meeste recht aan de wettelijke bepaling dat beide ouders hun verantwoordelijkheid moeten nemen voor het levensonderhoud van hun kind(eren).

Tijdens de berekening dient er geen onderscheid te worden gemaakt tussen de alleenstaande ouderkop en het overige deel van het kindgebonden budget, omdat beide toeslagen dezelfde aard en strekking hebben. Het Nederlandse gerecht is altijd vrij op om grond van bijzondere omstandigheden af te wijken van de algemene regel. Bij de verwerking van komende berekeningen van kinderalimentatie worden daarom zowel de huidige verwerkingsmethode als de door Hammerstein geadviseerde methode gehanteerd, tot het moment van een definitieve uitspraak van het Hof.

Meer weten over het advies van advocaat-generaal Hammerstein? Of wellicht over alimentatie in het algemeen? Neem dan contact op met Marian Steenge via het online contactformulier of telefonisch via 0641565583.

Het bericht AG: ‘kindgebonden budget niet in mindering op kosten kind’ verscheen eerst op Scheidingsbegeleiding Groningen.